Al ’t schepsel moet Hem prijzen M. Henry, R. Hoogerwerf-Holleman

Al ’t schepsel moet Hem prijzen

Dieren uit de Bijbel

Henk van den Brink: schilderijen

Matthew Henry: 53 meditaties

R. Hoogerwerf-Holleman: gedichten

 Een vervolg Het Koninkrijk der hemelen is gelijk aan ... is in voorbereiding. Dit boek gaat over de gelijkenissen en wordt DV geschreven door ds. B.J. van Boven. 

Dieren zijn om ons heen en trekken voortdurend onze aandacht, ook van kinderen. Elk schepsel is geschapen tot roem van haar Schepper. Uit hun leefwijze zijn veel rijke, geestelijke lessen te halen die de Heere ons in de Bijbel aanwijst.

Henk van den Brink maakte van verschillende dieren uit de Bijbel prachtige schilderijen. Bij deze platen zijn in deze bundel toegevoegd:

- Toelichting vanuit de Bijbel

- Een of twee meditaties: Matthew Henry. In totaal telt deze bundel 53 meditaties. 

- Gespreksvragen

- Gedichten: R. Hoogerwerf-Holleman

Deze meditatiebundel is bedoeld om een jaarlang te gebruiken. Elke week kan een dier aan de orde komen. Behalve voor persoonlijk gebruik, is dit prachtige geschenkboek ook heel geschikt als Bijbelstudieboek in het gezin en op de verenigingen.

Miniposterset

Overzicht: arend, beer, duif, ezel, geit, haan, kloek, hert, hinde, hond, kameel, konijn, kraanvogel, lam, leeuw, merel, mier, mus, os, paard, pauw, rund, slang, sprinkhaan, veldhoen, vissen, vogeltje uit Egypte, vos, zwaluw, zwaan

De 32 schilderijen van de dieren uit de Bijbel zijn ook als A4-miniposter beschikbaar. Op achterzijde leerzame toelichting op de plaat. Zeer geschikt voor het onderwijs.

Achterzijde: geschenk voor …... en gekregen van  …..

Ja, we bestellen (mailen naar [email protected]):

… ex. 32-delig miniposterset Henk van den Brink (1,00 per poster bij 1-4 sets / 0,85 per poster bij 5 sets of meer)

… ex. Al ’t schepsel moet Hem prijzen 22,50

Afwijkende formaten A3 en A2 zijn op aanvraag beschikbaar

Naam: ……………………………………….

Straatnaam: ………………………………..

Postcode en Plaats: ……………………….

DE AREND

De arend in de Bijbel

De arend is onder de roofvogels de koningsvogel. Het is een enorme vogel, die zeer hoog en snel kan vliegen en geweldig scherpe ogen heeft waarmee hij op kilometers afstand zijn prooi kan zien. De arend nestelt bij voorkeur op hooggelegen plaatsen. De arend wekt zijn nest op, dat wil zeggen dat hij zijn jongen op de bestemde tijd uit hun vertrouwde nest werkt. Als de arend ziet dat de kleine het niet redt, dan zweeft hij onder het jong, spreidt zijn grote vleugels uit en vangt het jong op zijn rug op.

Week 1                                                                                                                                   

De arend zorgt voor zijn jongen

Gelijk een arend zijn nest opwekt, over zijn jongen zweeft, zijn vleugelen uitbreidt, ze neemt en ze draagt op zijn vlerken. (Deuteronomium 32:11)

Hier wordt aan de hand van het voorbeeld van een arend uitgeweid over Gods goedheid tegenover het volk van Israël, en van hun sterke verplichting om Hem nooit te verlaten.

Zeer veel had God gedaan om het volk van Israël te vormen, er een gestalte aan te geven en het geschikt te maken voor de grote dingen, waarvoor het in het land der belofte bestemd was. Dit wordt hier op uiterst sierlijke wijze beschreven. Hij deed voor hen wat de arend doet voor zijn nest van jongen, vers 11 en 12. Die gelijkenis werd al even gebruikt in Éxodus 19:4, waar God sprak dat Hij het volk Israël op de ‘vleugelen der arenden gedragen’ had. Dit wordt hier nog nader uitgeweid. Men heeft opgemerkt dat de arend een sterke genegenheid heeft voor zijn jongen. De arend bewijst dat door zijn jongen niet alleen, zoals andere dieren, te beschermen en voor hun voedsel te zorgen, maar ook door ze op te voeden en ze te leren vliegen. Daarom wekt hij hen op om uit het nest te gaan waarin zij liggen te sluimeren, zweeft over hen heen om hun te tonen hoe zij hun vleugels moeten gebruiken. Hij leert ze daarna te wennen aan het vliegen door ze op zijn vleugels te nemen, totdat zij geleerd hebben op hun eigen vleugels te vliegen. Hiermee geven ze ouders een voorbeeld dat ze hun kinderen op moeten leiden tot arbeid en dat ze hen niet over mogen laten aan luiheid of gemakzucht.

Zo heeft God met Israël gedaan; toen zij verzot waren op hun slavernij en dwars waren om haar te verlaten, heeft God hen door Mozes opgewekt om naar vrijheid te verlangen. Menigmaal weerhield hij hen om naar het diensthuis terug te keren. Hij voerde hen weg uit Egypte, leidde hen i n de woestijn en heeft er hen nu eindelijk doorheen geleid. De Heere alleen leidde hen; Hij had geen hulp nodig. Niemand anders was erbij betrokken om dit werk tot stand te brengen. Dit was een goede reden waarom zij dan nu ook de Heere alleen zouden dienen en geen ander. Er was geen vreemde god met Hem om mee te helpen aan Israëls verlossing. Daarom mag ook niemand delen in Israëls hulde en aanbidding dan God alleen.

Lezen: Deuteronomium 32:1-11                          Zingen: Psalm 81:10

Gespreksvragen:

1.     Hoe wekt de arend zijn jongen op? Zie kanttekening 21.

2.    De arend neemt zijn jongen op zijn vleugels. Waar is dit een beeld van?