Digitale Kerstverhalen 2005

 

Lees dit eerst

Kerstverhalen in bijlage zijn allen auteursrechtelijk beschermd. Ze mogen alleen voor eigen gebruik worden benut. Doorzending is verboden. Wie deze verhalen bestelt conformeert zich aan deze voorwaarde.

 

Als u de verschuldigde 5 euro hebt overgemaakt naar gironummer 3195214 t.n.v. uitgeverij De Ramshoorn te Goes met vermelding Kerst 2005, vragen we u middels een mail dit te melden, zodat u niet hoeft te wachten op de Kerstverhalen.

 

Bestelstrook (zenden naar [email protected])

Ja, we:

0 hebben 5 euro overgemaakt naar 3195214 tnv uitgeverij De Ramshoorn, Goes

0 beloven de verhalen niet naar andere mailadressen te verzenden of anderszins te verspreiden.

0 vragen per omgaande Digitaal Kerstverhalenset2005 toe te zenden naar:

 

Naam: ......................................

Straatnaam: .........................

Postcode + Plaats: ................................. 

Mailadres: .................................................

 

KORTE INHOUD

1. Kerstfeest in het bejaardenhuis.

Trudie is verpleegster in een bejaardenhuis. Tijdens de Kerstdagen moet zij dienst doen. Ze vindt het maar somber, maar tijdens haar rondgang raakt ze in gesprek met een bejaarde vrouw die goed van de Heere mag spreken.

Mevr. Kirpestein, Alblasserdam

 

2. Toch nog Kerstfeest

De sluis zal geautomatiseerd worden en de sluiswachter Harmse is overbodig. Zijn naderend ontslag kan hij niet verkroppen. Hij zoekt zijn geluk in het café. Er is een woonboot met een ziek meisje in de sluis gekomen en door de vorst moet die blijven liggen. Aan boord is een ziek meisje en Jan die nieuwsgierig is, wordt uitgenodigd binnen te komen.

Op de dag van Kerstfeest is de sluisbaas naar de kerk. Harmse denkt dat zijn kans om wraak te nemen nu gekomen is. Hij neemt benzine mee en gaat op stap.

Het loopt anders af dan ze verwacht hebben. En op Kerstdag mag het toch nog kerstfeest worden

Jan van Dam

 

3. Schipbreuk

Bartels heeft gezegd dat hij de Kerstdagen thuis hoopt door te maken. Maar in de storm vergaat het schip en uit wat aanspoelt maakt de reder op dat zijn schip ‘Johanna Cornelia’ is vergaan en dat voor de opvarenden geen hoop is.

Tijdens de kerkdienst wordt er voor Bartels gebeden en zal God voor hem nog een wonder willen doen en hem behouden?

                                       Loura van den Berge-Goudzwaard, ‘s Gravenpolder

 

4. Pro Deo

Rianne zit bij juffrouw Emma in de klas. Juf Emma start een kinderkoortje op en laat Rianne solo zingen. Vele jaren later, Rianne is dan al getrouwd, zingt ze nog steeds. Nu in het christelijk gemengd koor. Maar zingt zij met haar prachtige solo’s en blauwe koorjurk wel tot eer van God?

M.C.E. van Voorden-den Braber

 

5. Anne

Anne volgt colleges op de universiteit. Ze woont samen met haar vriend Michel. Thuis komt ze niet meer, want haar ouderwetse ouders passen niet meer bij haar moderne levensstijl. Dan laat Michel haar in de steek. Een schreiende en biddende moeder verlangt naar haar. Is er nog een weg terug?

M.C.E. van Voorden-den Braber

 

6. De uitnodiging

Stientje wil het Kerstfeest gezellig maken met dennengroen en lichtjes. Vader vraagt slechts: “En, is Jezus ook genood?”

Jaren later is Stientje oma en valt er een uitnodiging voor de Kerst op de mat van evangelisatiecommissie. Als blijkt dat haar kleinzoon hier mee te maken heeft, wordt het voor haar moeilijk wat ze doen moet.

M.C.E. van Voorden-den Braber

 

7. Het Kerstfeest van Bart

De ouders van Bart zijn gescheiden. Dan gaat moeder met haar nieuwe vriend op wintersport. Bart moet de hele kerstvakantie naar tante Sjaan en ome Luuk. Die zijn christelijk en vieren heel anders kerstfeest dan Bart gewend is.

Eeuwoud Koolmees

 

 

8.  Het mooiste Kerstfeest van Mattie

Het was een koude ochtend, toen hij wakker werd. ‘Ik heet Mattie’, zei hij tegen zichzelf, ‘en ik ben negen jaar.’ Hij woonde in de grote stad Seoul in Korea. Maar hij woonde niet in een huis, maar in een hol onder de brug, die over de rivier lag.

J.G. Kortleven, Gouda

 

1. Kerstfeest in het bejaardenhuis

Mevr. Kirpestein, Alblasserdam

 

Trudie heeft nachtdienst. Ze moppert in zichzelf: wat is daar nu aan werken met de Kerst? Dat wordt slapen en werken. Zij heeft dienst met Pita, een beste meid en een goede werkster maar een saaie griet. Ze zegt bijna niets en wat er uitkomt wordt ze ook niet wijzer van. Als zij even een gelegenheid ziet, leest zij een boek.

Kijk, Pita heeft al weer een zware pil uit haar tas gehaald, en het schijnt dat zij daar ook nog van geniet. Trudie heeft ook een boek meegenomen, maar zij durft het niet tevoorschijn te halen. Pita zal wel denken: alweer zo’n flut romannetje. Als ze niet op haar hoede is, krijgt ze nog een preek van haar.

Begrijpt dan niemand hoe zwaar en troosteloos haar werk hier is? De meeste mensen kermen en zuchten, want ze leven zonder hoop. Van de godsdienst begrijpt ze helemaal niets meer. Toen zij hier kwam werken had zij gedacht iets meer over het geloof te horen, maar het mopperen en klagen is niet van de lucht. Dat is wat ze eigenlijk allen hoort en ziet in dit huis.

Ze kan beter in een neutraal bejaardenhuis gaan werken. Daar zijn de mensen veel opgeruimder en durven eens een grapje te maken. Een Kerstboom geeft wat fleur aan de kerstdagen, het is allemaal minder somber en er klinken kerstliedjes door het huis en dan zingen de oudjes mee, maar hier is het een saai gebeuren.

Ze moest ineens aan haar opoe denken, die haar eens vertelde: ‘Je moet van Godskinderen niet te veel verwachten, want zij zijn en blijven tot hun laatste snik zondaren. Zul je dat nooit vergeten kind? Alleen het geboren Christus’ kind was zonder zonden en daarom kon en wilde hij voor zondaren geboren worden.

Zij durft het tegen niemand te zeggen, maar ze twijfelt aan alles. Zou er wel een God zijn? Gelukkig is het intussen elf uur geworden. Tijd om het eerste rondje langs de mensen te maken. Nu kan ze even stoppen met haar gepieker. Wie is zijzelf? Ze zit ook ‘s zondags keurig twee maal in de kerk te suffen en ze deugt van geen kanten.

‘Zeg Pita zullen we even het werk verdelen? Als we nu ieder twee afdelingen voor onze rekening nemen dan zijn we vlugger klaar, dan dat we alles samen doen. Ik heb nu al zin in de heerlijke erwtensoep die Janske de kokkin voor ons heeft klaargezet.’

Zo gezegd zo gedaan. Pita doet afdeling drie en vier en zij een en twee. Gelukkig zijn er niet veel zieken. Wel zijn de mensen in deze tijd wat somber en dat terwijl het Kerstfeest is. Hier is nu niets te beleven voor hen, want het personeel draait zondagsdiensten. Drie kerkdiensten beluisteren ze op hun kamer. Gezamenlijk koffie drinken is er niet bij. De oudjes komen al die dagen niet van hun kamer af.

De kinderen van de bejaarden zijn allemaal druk met hun eigen gezinnen en hebben deze dagen overvolle programma’s. Ze rennen van de kerk naar kerstzangdiensten en overheerlijke maaltijden. Voor vader of moeder in het bejaardentehuis hebben ze geen tijd. Die hebben vorige week al een kerstdiner en een kerstpakket gehad in het tehuis. Maar dat zijn ze alweer vergeten.

De zusters hebben geen tijd voor een praatje, want ze draaien zondagsdiensten. Volgende week hopen ze weer bij hen op bezoek te kunnen, als de drukte over is. De ouden van dagen worden gelukkig goed verzorgd, daar hoeven niemand zorgen over te maken.